Tal van erosiestroken en perceelsranden in Haspengouw en Voeren worden vandaag gewoon geklepeld waarbij de grasmat verstikt. Bovendien zien we dat heel wat valleigronden, die vroeger gebruikt werden als hooiland, er nu verlaten bij liggen waardoor deze verruigen en hun functie als landbouwperceel verliezen.
Ook de grazige grachten, holle wegen en wachtbekkens ondervinden bij een nul-beheer of klepelbeheer een ontwikkeling richting oninteressante ruigtekruidenvegetaties. Hierdoor blijven er kansen liggen, zowel economisch als ecologisch.
Via het opzetten van een collectief systeem waarbij veehouders en plattelandsondernemers het gras kunnen bekomen voor hooiproductie geeft dit kansen voor meer diversiteit en een aantrekkelijker landschap met oog voor toerisme. Tevens wordt getracht om het ondernemerschap bij landbouwers te stimuleren door het inzetten van hun arbeid en machines op minder interessante landbouwpercelen (met ruigtekruiden zoals brandnetels, distels, bramen,…) zodoende deze om te vormen naar een hooibare grasmat of een soortenrijk grasland.
Promotor: Agrobeheercentrum Eco²