Op 10 april 1841 kwam de Wet op de Buurtwegen tot stand. Deze verplichtte de gemeenten zorg te dragen voor een goede berijdbaarheid van deze wegen.
Voortvloeiend uit deze wet werden de "Atlassen van de buurtwegen" (ca. 1841 - 1845) opgemaakt. Het doel was een inventaris van alle "openbare" wegen en "private wegen met openbare erfdienstbaarheid" op te stellen.
Per gemeente werd een atlas opgemaakt. Een uitzondering werd gemaakt voor de stadskernen van de grote steden.
De atlassen bestaan hoofdzakelijk uit twee luiken, namelijk enerzijds de kaarten van de buurtwegen en anderzijds tabellen met de beschrijving van de wegen en de aangrenzende eigenaars.
De kaarten geven per gemeente de wegen, de buurtwegen en de kerkwegels aan. De atlassen vormen zo een interessante bron voor het toekennen van historische straatnamen, de identificatie van molens, kastelen, kluizen, archeologische sites, e.a.
Latere wijzigingen aan de buurtwegen zoals nieuwe, verplaatste of verdwenen wegen, werden niet op de kaarten zelf aangeduid. Deze werden bijgehouden in wijzigingsdossiers. Hierin bevinden zich de briefwisseling, besluiten en kaarten.
De atlassen en wijzigingsdossiers zijn nu belangrijke historische documenten die de toestand van het landschap van rond 1840 schetsen.
Naar aanleiding van het digitaliseringproject van de Directie Ruimte, Dienst Wegen en Routestructuren werkt het Provinciaal Archief Limburg op dit ogenblik aan een hernieuwde archivering van al de wijzigingsdossiers.