Recent verstrekten de Federale Wapendienst en de Proefbank voor Vuurwapens een aantal bijkomende verduidelijkingen betreffende enerzijds de toepassing van het Koninklijk Besluit van 23 april 2020 tot wijziging van diverse koninklijke besluiten ter uitvoering van de wapenwet, strekkende tot omzetting van Richtlijn 91/477/EEG van de Raad van 18 juni 1991 inzake de controle op de verwerving en het voorhanden hebben van wapens in het Belgisch Staatsblad. Anderzijds lichten zij ook een aantal nieuwe praktische richtlijnen toe met betrekking tot de procedure voor het invoeren van vuurwapens.
1 Wijzigingen in de procedures voor de invoer van vuurwapens
Voortaan zal de provinciale wapendienst geen voorafgaandelijke machtigingen, de zogenaamde "blauwe kaarten" meer afleveren. De federale Wapendienst wees erop dat de invoerprocedures ressorteren onder de bevoegdheid van de gewesten en dat zij derhalve bevoegd zijn voor het afleveren van de documenten waarmee vuurwapens kunnen worden ingevoerd. De proefbank van Luik wees erop dat de door de gouverneurs afgeleverde "blauwe kaarten" soms onterecht werden gebruikt alsof het om een invoerdocument ging. Om dit oneigenlijk gebruik van de blauwe kaart tegen te gaan zal voortaan geen blauwe kaart meer worden afgeleverd door de gouverneur. Personen die een vuurwapen wensen in te voeren moeten zich dus richten tot de dienst Controle Strategische Goederen van de Vlaamse overheid om de nodige documenten te bekomen.
Voorts wees de proefbank erop dat artikel 11 van het Koninklijk Besluit van 20 september 1991 bepaalt dat de persoon die een wapen invoert zich binnen de 15 dagen moet aanbieden bij de lokale politie van de verblijfplaats, ten einde luik A en B van de vergunning te laten invullen of om een registratie-attest model 9 te bekomen. De regelgeving voorziet tevens dat betrokkene zich bij de proefbank voor Vuurwapens dient aan te bieden voor de toekenning van een uniek nationaal nummer. De proefbank liet weten dat zij vereisen dat betrokkene vooraleer hij een afspraak kan krijgen bij hen voor de toekenning van een uniek nationaal nummer reeds bij de lokale politie is langsgeweest en hij dus reeds een afgetekende vergunning of door de politie afgeleverd model 9 kan voorleggen.
Ingevolge deze instructies werden de stroomschema’s voor de te ondernemen stappen bij het invoeren van een vuurwapen aangepast. Hieronder vind je de drie aangepaste stroomschema’s voor respectievelijk:
- de aanschaf van een vergunningsplichtig wapen in het buitenland door een particulier
- de aanschaf in het buitenland door de houder van een jachtverlof of sportschutterslicentie van respectievelijk een lang vergunningsplichtig wapen toegelaten daar waar het jachtverlof geldig is of een wapen toegelaten voor het sportschieten en opgenomen in de lijst die werd vastgelegd door de Minister van Justitie
- aanschaf in het buitenland door particulieren van een in België vrij verkrijgbaar wapen.
2 Lange semiautomatische vuurwapens met inklapbare kolf
Op 24 mei 2019 verscheen de Wet van 5 mei 2019 houdende diverse bepalingen in strafzaken en inzake erediensten, en tot wijziging van de wet van 28 mei 2002 betreffende de euthanasie en van het Sociaal Strafwetboek in het Belgisch Staatsblad. Door deze wet zijn sindsdien de lange semiautomatische vuurwapens die kunnen worden ingekort tot een lengte van minder dan 60 cm zonder functionaliteit te verliezen door middel van een opvouwbare of telescopische kolf of een kolf die kan worden verwijderd zonder gebruik van instrumenten verboden.
Voor personen die reeds voor 13 juni 2017 op legale wijze dergelijk wapen voorhanden hielden wordt een overgangsmaatregel voorzien. Zij kunnen dit wapen verder zelf voorhanden houden. Er kunnen evenwel geen nieuwe vergunningen meer worden verleend voor deze wapens.
De Federale Wapendienst verduidelijkt nu dat de Europese Commissie van oordeel is dat moet worden verwezen naar instructies van de fabrikant, zonder rekening te houden met de toevoeging van een schroef, lijm of lassing die niets afdoen aan de verboden aard.
De Federale Wapendienst wijst er verder op dat de wet inzake de Proefbank aan de Proefbank het monopolie geeft om de categorie van een wapen te bepalen.
3 Automatische vuurwapens die zijn omgebouwd tot semiautomatische vuurwapens
De wet van 5 mei 2019 bepaalde tevens dat ook automatische vuurwapens die zijn omgebouwd tot semiautomatische vuurwapens voortaan verboden zijn. Ook voor deze wapens geldt als overgangsmaatregel dat diegenen die reeds voor 13 juni 2017 op legale wijze een dergelijk wapen voorhanden hielden dit wapen zelf nog verder voorhanden mogen houden.
De wet voorzag tevens in een uitzonderingsbepaling voor de houders van een sportschutterslicentie die het in de wet vermelde attest van een in België officieel erkende schietportorganisatie zouden voorleggen waaruit o.a. bleek dat het vuurwapen in kwestie voldoet aan de specificaties die vereist zijn voor de beoefening van een onderdeel van de schietsport dat wordt erkend door een internationale, officieel erkende schietsportfederatie.
De Federale Wapendienst liet weten dat er op dit ogenblik geen enkel bewijs werd geleverd inzake het vereiste gebruik van dergelijke wapens en dat derhalve deze uitzondering niet kan worden toegepast. Ook niet indien betrokkene een attest van een erkende schietsportfederatie voorlegt.